Hendrik Hendrickx: “Een vliegtuig stijgt enkel op met tegenwind. Ik ga altijd tegen wind in.”

| Dit artikel past in een opdracht voor studenten uit het eerste jaar met als onderwerp in dialoog.

Hendrik Hendrickx bij PWO Wetteren

 

“Op een bepaald moment zat ik met 27 deurwaarders.” Hendrik Hendrickx (56) was ooit een welvarend ondernemer, maar zijn bloemenwinkel ging in 2002 failliet door renovaties die langer duurden dan gepland. Nu werkt hij voor PWO, een organisatie die mensen in armoede helpt. Hij is ervan overtuigd: “Mensen willen elkaar helpen, zo zitten wij in elkaar.”

Ondernemer in hart en nieren

Ik wou geen ASO doen. Ik wou een bloemenwinkel.

Toen Hendrickx jong was, wist hij al dat hij een bloemenwinkel wou. “Ik wou niet naar het ASO, maar naar het technisch onderwijs.” Na zijn derde middelbaar deed hij dat ook. “Samen met de leerkrachten heb ik een specialisatiejaar floristiek opgestart. Ik was toen 19.”

Terwijl hij een kopje koffie aanbiedt, vertelt hij over zijn doorzettingsvermogen. “Ik durf risico’s nemen. Het leven is veel meer dan ergens zitten en vrede nemen met hoe het is. Als je morgen iets kunt bewegen, ook al bijt je je tanden daarop kapot, vind ik dat je dat moet blijven doen.” Dat wil hij ook doen bij PWO, mensen helpen. Voordien was hij al vrijwilliger bij Tussenstap. “Ik bood gefailleerden een luisterend oor aan en begon altijd met: ‘Hoe voel je je?’ Hier maken veel organisaties de fout. Ze focussen zich op het redden van de zaak en niet de mens erachter.”

“Maar de kracht om verder te gaan moet toch vooral uit jezelf komen”, zegt Hendrickx. “Er mogen nog zoveel mensen helpen, als je zelf de kracht niet hebt om door te zetten, dan gaat dat ook niet lukken.” Maar die kracht is vaak moeilijk te vinden, dat weet hij uit eigen ervaring: “Er zijn momenten geweest waar ik op mijn terras stond en dacht: ‘Spring ik of spring ik niet?’ Nochtans is negativiteit niet aan mij besteed. Maar ik was alles kwijt. Niet alleen mijn zaak, maar ook mijn job, gezin, kinderen, vrienden en vooral mijn trots.”

Sociaal bewogen

“In mijn tijd bij Tussenstap had ik al 3 keer afgesproken met een gefailleerde. De vierde keer kwam hij niet. Hij had zichzelf opgehangen”, vertelt hij na een korte herinnering van zijn huidige vrouw. “Ik kon dat voor een stuk plaatsen, maar mijn collega niet. Hij gaf zichzelf de schuld. Hij werd ook helemaal niet begeleid vanuit de organisatie zelf. Ik ben er dan uiteindelijk gestopt. Ik wou mij niet inzetten voor een organisatie die zijn vrijwilligers niet begeleidde.” Hieruit blijkt ook dat Hendrickx helemaal niet bang is op te komen voor de dingen waar hij in gelooft. “Een vliegtuig stijgt enkel op met tegenwind. Ik ga altijd tegen de wind in.”

Ik stond op mijn terras en dacht: ‘Spring ik of spring ik niet?’

Over zijn vrouw heeft hij ook nog wat te zeggen: “Als mens heeft zij me er wel wat bovenop geholpen. Als je weet dat je morgen terug met iemand kunt samenleven en vooruit kunt gaan, geeft dat je een doel. Dan wil je samen dingen realiseren. Maar dat is voor iedereen anders. Niet iedereen stelt zich daarvoor open. Ik had dat ook alleen kunnen doen, maar ik heb ervoor gekozen dat met haar te doen.” Hij leerde haar kennen in de periode na het faillissement en ze bleek een van de weinigen die hem niet veroordeelde. Zo vertelt hij dat iedereen hem plots zag als loser, fraudeur of valsspeler. “Dat voelt als verloochening. Op een bepaald moment stonden zelfs mijn ouders tegenover mij met hun advocaat. Zij waren persoonlijk tegen mij aan het vechten, terwijl zij mee samen met mij hun ziel en hart in die zaak hadden gestoken. Dat voelt als puur verraad.”

Maar toch zegt Hendrickx zijn sociale bewogenheid van zijn ouders mee te hebben. “Ik zat al sinds mijn 5 jaar in de jeugdbeweging, die toen vrij christelijk gevoed was. Ik deelde parochiebladen rond en leerde zo ook mensen kennen. Op een bepaald moment in de winter lag er veel sneeuw. Wat deed ik dan? Ik kuiste niet alleen de straat voor onze deur, maar ook voor alle andere huizen in de straat.” Zijn geloof in de mens is duidelijk: “Ik kan me niet inbeelden dat er mensen zijn die anderen niet willen helpen.”

Na alles, heeft Hendrickx niet veel nodig: “Geluk, dat is een dak boven je hoofd hebben, met mensen kunnen praten en dingen doen waar je kracht uit haalt.”