“De emotie maakt alles zoveel mooier”

| Dit artikel past in een opdracht voor studenten uit het tweede jaar met als onderwerpen sport, wielrennen.

Tour de France 2005 (Foto: Michael Ziemann)

Tour de France 2005 (Foto: Michael Ziemann)

 

Wielrenners zijn tijdens de Tour de France de sterren van de show. Uiteraard kunnen ze het niet alleen. Een grote ronde uitrijden vergt eerst en vooral veel oefening, discipline en doorzettingsvermogen, maar ook een goede omkadering. De personen die bij een ploeg achter de schermen werken zijn vaak minder bekend. Toch werkt iedereen even hard om etappes te winnen. Bij de Belgische wielerploeg Quick-Step Floors is dat niet anders. “Als team leef je bijna vier weken samen in die bubbel, dat is niet altijd even eenvoudig”, aldus Stephanie Clerckx, PR-assistent en communicatieverantwoordelijke bij de ploeg.

De Quick-Step Floors-ploeg op de Grand Prix Cycliste de Montréal in 2017. “Bij ons primeert het familiegevoel. Dat is zeer belangrijk”, aldus Stephanie Clerckx. (Foto: Flickr).

De Quick-Step Floors-ploeg op de Grand Prix Cycliste de Montréal in 2017. “Bij ons primeert het familiegevoel. Dat is zeer belangrijk”, aldus Stephanie Clerckx. (Foto: Flickr).

 

“De Tour de France is voor Quick-Step een heel intensieve periode”, zegt Stephanie. “Je leeft en werkt een langere periode samen, zonder dat je uit die bubbel kruipt. Klassiekers zijn ook niet te onderschatten, maar de Tour de France is echt wel speciaal. Je werkt vier weken lang zo intensief dat je bijvoorbeeld al snel eens vergeet welke dag het nu juist is. Dat kan vermoeiend zijn, maar het is het zeker allemaal waard. Quick-Step is een echte familie. Onze CEO, Patrick Lefevere, drukte het in de media zeer mooi uit door ons met Team Sky te vergelijken. Zij zijn een fabriek, wij zijn een familie. Dat gevoel primeert en is zeer belangrijk. Ook na de etappe is het bij ons altijd heel gezellig. Toen Philippe Gilbert tijdens de zestiende etappe viel tijdens de afdaling van de Col de Portet-d’Aspet was dat voor het hele team wel bibberen. Daardoor kwam hij ook later toe in het hotel. We hebben hem toch met de hele ploeg opgewacht en hem de bus in gehesen om nog een glaasje te drinken. Zo zie je dat we toch niet enkel collega’s, maar ook vrienden zijn.”

“Wat mij betreft zijn er genoeg vrouwen in de koers.”Stephanie Clerckx

Om een etappe tot een goed einde te brengen, moet iedereen zijn job natuurlijk naar behoren uitvoeren. Bij Quick-Step lopen heel wat personen rond die elk een verschillende taak moeten uitvoeren. Stephanie heeft naar eigen zeggen het geluk de communicatie voor Quick-Step te mogen doen: “Ik werk hier heel graag. Dat komt natuurlijk door de sfeer op de werkvloer, maar ik geniet ook van het werken zelf. Ik heb een passie voor koers, die heb je wel nodig natuurlijk. Samen met m’n collega Mark regel ik bijvoorbeeld de contacten met de pers. Het is als wielerploeg heel belangrijk om op goede voet te staan met de pers. We onderhouden contacten met de grootste kranten van het land. Als je dan nieuws doorspeelt aan bijvoorbeeld Het Nieuwsblad, dan moet je Het Laatste Nieuws ook iets geven. Zo blijf je met iedereen overeen komen.”

Julian Alaphilippe pakte in de Tour 2018 de bolletjestrui voor Quick-Step. Een overwinning waar méér dan alleen deze ene wielrenner achter zit. (Foto: Filip Bossuyt, Flickr)

Julian Alaphilippe pakte in de Tour 2018 de bolletjestrui voor Quick-Step. Een overwinning waar méér dan alleen deze ene wielrenner achter zit. (Foto: Filip Bossuyt, Flickr)

De perscontacten met wielrenners rond de bus verlopen ook via Stephanie en Mark. “Maar wij zijn niet de enigen”, zegt Stephanie. “Alexandru, een Roemeen, staat bijvoorbeeld in voor onze social media-communicatie. Hij beheert de Twitter- en Facebookaccounts. Op de Tour zelf regelen Mark en ik dan wie wanneer geïnterviewd kan worden. Dat is misschien nog een voordeel dat ik heb als vrouw in de koers: ik overtuig een van de jongens misschien al sneller om de pers te woord te staan. Meer vrouwen in de koers moeten er wat mij betreft wel niet zijn, het is een echte mannenwereld en dat is niet slecht.”

Meer dan alleen fietsen

De persmomenten zijn natuurlijk maar een fractie van waar wielrenners mee geconfronteerd worden. Om efficiënt te kunnen fietsen is omkadering door nog ander personeel nodig. Tom Steels is ex-wielrenner en nu ploegleider. Hij bepaalt de tactiek van de ploeg. “Ploegleider zijn is een heel intensieve job. Wij proberen de wielrenners zo goed mogelijk klaar te stomen voor de komende etappe. Daarin is mijn taak tweeledig. Ten eerste verken en analyseer ik het parcours, om te kijken waar gevaarlijke stukken zitten. Dan bepaal ik waar we kunnen aanvallen om de koers open te breken of waar we moeten opletten van andere ploegen. Ten tweede moeten we dat dan in een tactiek omzetten en die doorspelen naar de wielrenners. Dat gebeurt altijd ’s morgens, voor de etappe. Het is belangrijk dat we met één idee naar de koers vertrekken, dat we op dezelfde lijn zitten en dat iedereen weet wat er van hem verwacht wordt. Anders maken we geen schijn van kans.”

“Het is belangrijk dat je ook samen kunt verliezen.”Tom Steels

Dat hij en z’n collega’s zo lang van huis zijn, deert hem niet zozeer: “Het is de job die we hebben. Het hoort erbij. Toen ikzelf nog prof was, was dat ook zo. Mijn verleden als prof helpt me wel bij het meeleven met de renners. Dat inlevingsvermogen is als ploegleider zeer belangrijk. Je moet beseffen dat koers niet altijd winnen is, je moet ook samen kunnen verliezen. Een goede band met de renners is belangrijk. Ik moet die ploeg kunnen samenhouden, zorgen dat iedereen gefocust blijft. De emotie maakt de job natuurlijk des te mooier. Ik herinner me bijvoorbeeld de lange ontsnapping van Tom Boonen in Roubaix, dan is dat als ploegleider in de auto echt nagelbijten. De ontlading wanneer je wint is ongelofelijk. Dat is dan niet enkel fantastisch voor Boonen zelf, we winnen ook als ploeg.”

Dat er niet enkel over de koers gesproken wordt, kan soigneur Peter De Coninck beamen. Hij masseert de wielrenners na de etappe en zorgt ervoor dat de drinkbussen en voeding voor de wielrenners in orde zijn. “Ik masseer de jongens elke dag. Dat er op de massagetafel dan eens over iets meer dan koers gesproken wordt, lijkt me maar normaal. Toch gaat dat niet ongelofelijk ver, die vriendschap gaat tot een bepaald punt. Naast plezier maken moet er nog altijd gepresteerd worden.”

Tom Boonen won meerdere keren de kasseiklassieker Parijs-Roubaix. Aan zo’n momenten hecht ploegleider Tom Steels heel wat waarde: “Die emotie maakt de job de moeite waard.” (Foto: Dustin Gaffke, Flickr)

Tom Boonen won meerdere keren de kasseiklassieker Parijs-Roubaix. Aan zo’n momenten hecht ploegleider Tom Steels heel wat waarde: “Die emotie maakt de job de moeite waard.” (Foto: Dustin Gaffke, Flickr)

Huis op wielen

Bij Quick-Step lopen nog wel enkele ex-wielrenners rond. Buschauffeur Dirk Clarysse was vroeger ook prof en kent het wielerwereldje door en door. “Dat is wel nodig, want anders blijf je het niet doen. Het is een aparte wereld. Als je er niet zot van bent, hou je dat niet vol. Ik heb het voordeel dat ik vroeger bij de profs reed, zo zijn mijn vrouw en ik die lange periodes van huis gewoon”, aldus Dirk.

Als buschauffeur heeft Dirk een belangrijke taak bij de ploeg. “De job houdt zoveel meer in dan enkel met die bus rijden. De bus heb ik om te beginnen zelf kunnen ontwerpen. Ik weet dus perfect welke onderdelen in de bus zitten. En dat gaat heel ver. Die bus is bijna een huis op wielen. Er zit airco in, maar ook een wasmachine en een droogkast. Alles in de bus draait op een generator. Die generator is het kloppend hart van de bus. Het is heel belangrijk dat ik beslis hoe de bus eruit ziet, want als er problemen rijzen moet ik die ook oplossen. Bij een bus die ik zelf ontwerp kan ik onmiddellijk zien waar het schoentje wringt. Vroeger waren er al eens makkelijker problemen dan nu, maar ze zijn nooit ver weg. Het kan zomaar voorvallen dat je bus een klapband heeft en dat je renners met moeite aan de start kunnen verschijnen. Het overkwam Cofidis, een Franse ploeg, afgelopen Tour nog.”

 

Het is dus duidelijk hoeveel personen er effectief meewerken aan een overwinning van een wielrenner in een etappe. Etappes moeten wel nog altijd georganiseerd worden en ook dat is voor het overgrote wielerpubliek onbekend terrein. In het derde deel ontdek je hoe de Amaury Sport Organisation haar regelingen treft om elke etappe tot een goed einde te brengen.

De auteur

Louis Bracke

Profiel Facebook Twitter E-mail

Student journalistiek - Brugge/Gent - 22